Katleen, Mantelzorger

De uitdagingen in mijn leven hebben me één ding zeker geleerd: oordeel niet over iemand anders.

 
Mantelzorg is meer dan kinderen die voor hun ouders zorgen op hun oude dag. Dat bewijst het unieke verhaal van Katleen, moeder van drie kinderen waarvan er twee een psychische kwetsbaarheid hebben. Katleen gaf haar job als verpleegkundige op om voor haar kroost te zorgen.
 
Rustig, liefdevol maar nuchter. Zo klinkt deze weerbare vrouw aan wie het leven telkens opnieuw uitzonderlijk veel kracht vraagt. Haar oudste zoon Steven lijdt aan autisme en psychoses, haar jongste dochter Febe aan angst- en paniekaanvallen die ook lijden tot psychose. Koen, hun tweede kind beweegt
zich in dit bijzonder gezin als een normale twintiger met eigen verlangens en emoties.
 
Katleen: “We proberen Koen een zo normaal mogelijke jeugd te schenken, maar hij heeft al heel
veel opgeofferd en spreekt soms zijn verlangen naar een doorsnee gezin luidop uit. Daar dromen we
uiteindelijk alle vijf van. De feiten drukken die hoop meteen de kop in, want het zal niet beteren voor Steven en Febe. We hebben onze kinderen drie keer compleet verschillend opgevoed. Wat werkt voor de ene, heeft het omgekeerde effect voor de andere. Structuur, planning en voorspelbaarheid zijn essentieel voor Steven en Febe, maar zetten een domper op de avontuurlijke jaren van Koen. Gelukkig hebben we
financieel wel de ruimte om ze alle drie op hun manier te schenken waar ze blij van worden.”

Eelt op het hart

Katleen: “Ik ben dag in dag uit met de kinderen bezig, leef ergens met een onderhuidse angst dat er op elk moment van de dag wel iets fout kan gaan. Ik blijf dus stand-by, wat ik ondertussen ook doe. Die verantwoordelijkheid weegt zwaar door, zeer zeker. Maar het zijn je kinderen… ik zou het niet ander 
kunnen en willen aanpakken. De liefde die ik voor hen voel, valt met niets anders te vergelijken. Al zou ik heel graag de fakkel af en toe eens doorgeven aan gespecialiseerde vrijwilligers bijvoorbeeld. Iemand die met Steven gaat sporten, samen met hem kleren gaat kopen. Hij is 22 jaar, dan doe je dat niet meer
met je moeder, toch? Maar zo’n netwerk is vandaag niet voorhanden: je valt dus louter terug op je eigen familie en vrienden. Dat Steven en Febe niet gelukkig zijn, raakt me het diepst. Dat ik er in wezen niets kan aan veranderen, nog meer. Die machteloosheid en uitzichtloosheid kweekt eelt op mijn hart.”
 

Vrijwilligerswerk als me-time

 
Katleen: “Ik besef heel goed dat ik ook voor mezelf moet zorgen om dit te blijven volhouden. Daarom doe ik vrijwilligerswerk bij onder andere Bond zonder Naam. Ik heb een huiswinkel waar ik hun producten verkoop. Zo verzet ik mijn gedachten, leg ik sociale contacten en luister ik naar de verhalen van andere
mensen. Dit is mijn invulling van me-time en het werkt. De uitdagingen in mijn leven hebben me één ding zeker geleerd: oordeel niet over iemand anders. We krijgen zelf veel te maken met oordelen, goed bedoelde adviezen en opmerkingen van anderen. Die kwetsen soms diep. Je weet niet welk verhaal mensen met zich meedragen, welke zorgen er op hun schouders rusten. Waarom zou je er dan uitspraken over doen? Luisteren helpt meer dan praten.”
 
* Uit respect voor de privacy van dit gezin hebben we de namen van de mama en de kinderen veranderd.

Meer getuigenissen en verhalen