Amy, studente

Stille solidariteit

Het is al laat wanneer ik een berichtje krijg van een vriendin. “Hey Amy! Ga je morgen mee naar de wake op het pleintje naast onze school? X” Ik wil meteen ja antwoorden maar ik begin te twijfelen. Ik weet niet goed of ik geconfronteerd wil worden met het verdriet van de mensen en dat van mezelf. Ik wil het ook maar niet geloven dat ons klein landje getroffen werd door deze gruwelijke gebeurtenissen. “Misschien. Ik zie nog wel x
 
Wanneer ik wakker word, overvalt het gevoel me weer. Ik ben enorm verdrietig en kan het niet plaatsen. Ik kan niet huilen, althans niet met tranen. Want vanbinnen is het huilen nog niet gestopt. Ik wil mensen vastnemen en ze vragen of alles wel in orde komt. Maar ik ben te bang voor het antwoord. Ik ben te bang om de onwetendheid te horen. Er is niemand die me enige zekerheid biedt. Het gevoel van paniek verstikt me.
 
Na een lange dag op school krijg ik plots een kaarsje in mijn handen geduwd. “Hier, ik ben speciaal kaarsjes gaan halen voor jullie.” Een warme blik en een paar fonkelende ogen overtuigen me om mee te gaan.
 
Ik voel me vreemd met al die mensen om me heen. We vormen samen een kring en kijken elkaar aan. De ene met een droevige blik, de andere met een hoopvolle glimlach. Ikzelf word overspoeld met liefde. Aan de overkant staat een klein jongetje die apetrots zijn tekening in het midden komt leggen. Rechts van mij staat een blinde man met een enorme glimlach op zijn gezicht. Een glimlach die ook mijn mondhoeken voorzichtig omhoog brengt.
 
En dan breek ik. Ik zie twee gesluierde vrouwen huilen. Ik kan me enkel maar inbeelden hoe zij zich moeten voelen. Hun mooie geloof wordt nu uitgespuwd alsof het de kern van haat is. Alsof erover praten vergif is voor de mens. Maar dat is het niet en dat zal het nooit worden. Ik probeer oogcontact te zoeken maar de tranen maken het moeilijk. En dan laat ik toe wat ik diep van binnen wil doen. Ik stap naar het midden van de kring en zet mijn pas door tot bij één van de vrouwen. En nog voor ze opkijkt, heb ik mijn armen al om haar heen gelegd. We zeggen niets tegen elkaar. Ik voel enkel en alleen twee armen om me heen die niet willen loslaten. Ook de mijne laten niet los. “Dank u, dank u, dank u, dank u, dank u,…”. “Nee, JIJ bedankt. Bedankt om te blijven geloven. Om te blijven geloven in de goedheid van de mens.”
 
 
Amy
 

Meer getuigenissen en verhalen