Alicja Gescinska over de spreuk

juni_spreuk

Alicja Gescinska, Pools-Belgische filosofe en schrijfster, prikt met plezier het idee door dat filosofen elitaire wezens zijn die over de hoofden van de mensen praten. “Uiteindelijk denken en schrijven wij gewoon over de dingen waar we allemaal van wakker liggen: liefde, solidariteit, polarisering, hoe we het als mens beter kunnen doen.” Een missie die ze deelt met Bond zonder Naam. Als filosofe, met een aangeboren liefde voor wijsheid, is Alicja de geknipte ambassadeur voor onze junispreuk: ‘Soms is het wijs om niet te weten’. 

Mochten we alles weten, dan zouden we niet meer nieuwsgierig zijn naar nieuwe kennis. We zouden ons geen vragen meer stellen, we zouden niet meer op ontdekking gaan. De reden waarom ik mij elke dag weer aan mijn werktafel zet, waarom ik mij blijf bijscholen, is omdat ik weet hoeveel ik niet weet, hoeveel kennis en inzichten er nog te verwerven zijn. Het is wijs - zowel in de betekenis van leuk als van verstandig - om te weten hoeveel je niet weet en nieuwsgierig te blijven, uit te reiken naar de ander, je te verrijken. Het niet weten is voor mij net de motor om meer te weten, om te blijven leren, om vragen te blijven stellen, om nieuwsgierig te blijven.

2506_Alicja_Gencinska_1000x850_1.jpg

Fragiel met sterke vleugels
De Poolse dichteres en Nobelprijswinnaar Wisława Szymborska zei ooit dat de woordjes ‘ik weet het niet’ haar heel dierbaar zijn. Ze noemde het fragiele woorden met sterke vleugels. Het niet weten is voor haar de drijfveer om gedichten te schrijven, om al schrijvend de wereld te ontdekken. 

We zeggen het doorgaans niet graag en we willen het ook niet horen van een ander. We verwijten politici vaak dat ze drammerig zijn, dat ze overal een uitleg voor hebben. Anderzijds verdragen we het niet wanneer een politicus zegt ‘Ik weet het niet, ik ga daar eens over nadenken’. Dat vinden we dan weer zwak. Jammer, want we zijn mensen, geen jukeboxen van kennis. Een beetje bedachtzaamheid is juist heel gezond. We ontkennen de complexiteit van de wereld als we verwachten dat er voor alles een snel antwoord is. We mogen gerust wat milder zijn en de ander ruimte geven om niet te weten.

Genoeg aan eigen mening
Weten dat je heel veel niet weet, nodigt uit om te luisteren naar elkaar, het stimuleert de dialoog. Zo groei je als mens. Zo groei je naar elkaar toe. Je stelt je open voor de ander, voor andere perspectieven en ervaringen. Je ziet jezelf niet als het middelpunt en de oorsprong van alle kennis. 
En alleen zo kan je ook leren begrijpen. We verwarren meningen en opinies vaak met feiten. Het is niet omdat jij er zus of zo over denkt dat dat ook een feit is. 

Wie denkt alles te weten, zwelgt vaak in het eigen groot gelijk. Met het risico dat je arrogant en autoritair wordt. Waarom zou je luisteren naar een ander als je het toch beter weet? Radicale stemmen - politiek, ideologisch of levensbeschouwelijk - zijn vaak mensen die denken dat ze genoeg hebben aan hun eigen mening, dat ze de ander niet nodig hebben om de wereld te begrijpen. Denken dat je alles weet is gevaarlijk


Geen excuus voor onverschilligheid
Hoe meer je weet, hoe meer je beseft dat je heel veel niet weet. Kijk naar hoe kinderen kennis verwerven. Eerst denken ze dat hun leefwereld hun gezin is, dan hun dorp, vervolgens ontdekken ze dat ze in Vlaanderen wonen, in België, Europa, de wereld. Hoe meer ze weten, hoe complexer het allemaal wordt en hoe meer er nog te ontdekken valt. Het is verstandig om te beseffen dat er heel veel is dat je niet weet.

We mogen ons niet verbergen achter onwetendheid als excuus voor een gebrek aan interesse. We hebben als mens de plicht om nieuwsgierig te zijn, om proberen de ander te begrijpen. Niet weten is geen vrijgeleide voor onverschilligheid. 

De ander kan gelijk hebben
Blijf leren en luisteren, blijf verwonderd en nieuwsgierig. Dat leidt ons weg van polarisering en radicalisering. Blijf praten, voorál met mensen met een andere mening. Blijf dingen lezen die misschien schuren met je eigen gedachtenpatronen. Andere inzichten of ideologieën kunnen een nieuw licht werpen op je eigen idee van de werkelijkheid. ‘De ander kan gelijk hebben’, vind ik een mooie uitspraak. Wanneer we van mening verschillen denken we heel snel dat wij gelijk hebben, want we hebben er lang en goed over nagedacht. Maar die ander misschien ook! Misschien hebben beiden wel gelijk en zijn er verschillende oplossingen voor eenzelfde vraag.

Ik ben altijd al een vragensteller geweest, lang voor ik wist wat een filosoof was. Tijdens de godsdienstles vroeg ik me af waarom God voor een zoon gekozen had en niet voor een dochter. In een wereld die door mannen gedomineerd werd, zou dat toch al heel wat problemen hebben opgelost. ‘Daar gaat ze weer’, dachten mensen dan. Maar het is wie ik ben. Ik stel dingen in vraag. En daar wil ik graag mijn leven aan wijden, aan weten dat er heel veel is wat ik niet weet en daar nieuwsgierig naar blijven. 

(tekst: Christina van Geel | foto: © Andreas Van Esbroeck)

Download hier de maandspreuk →